India

Godsdienst

India is een land met vrijheid van godsdienst en er bestaat een scheiding tussen kerk en staat. De vijf grote wereldgodsdiensten zijn dan ook ruimschoots vertegenwoordigd: hindoeïsme, boeddhisme, islam, christendom en jodendom.
Verder kent India nog het sikhisme en het jainisme, twee godsdiensten die alleen in dit land voorkomen. Ook een van de oudste godsdiensten ter wereld is in India te vinden, het mazdeïsme, de godsdienst van de parsi’s.
Hindoeïsme
Ongeveer 85% van de Indiase bevolking, ongeveer 900 miljoen mensen, hangt het hindoeïsme aan. Het raamwerk voor het hindoeïsme zijn de vier veda’s, in het Sanskriet opgestelde religieuze teksten. Deze veda’s werden ca. 1000 v.Chr. geïntroduceerd. Het hindoeïsme is een zeer tolerante religie zonder dogma’s, heeft geen kerkelijke organisatie en kent ook geen stichter. Hindoes houden wel sterk vast aan bepaalde regels en gebruiken. Zo worden de rigide kastenregels nog vaak toegepast en zijn tempels alleen voor de eigen aanhangers toegankelijk.
De belangrijkste grondgedachte in het hindoeïsme is het geloof in ‘samsara’, de kringloop van geboorte, leven, sterven en wedergeboorte of reïncarnatie. De wet van ‘karma’ bepaalt dan hoe je in een volgend leven terugkeert. Het einddoel is bevrijding uit de cyclus van wedergeboorten. Het hindoeïsme kent vele goden, maar het zijn allen manifestaties van de drie hoofdgoden, Brahma, Vishnoe en Shiva. Deze drie goden zijn weer terug te voeren tot één principe: Brahman, symbool voor de in balans zijnde kosmos, het Al.
Boeddhisme
De grondlegger van het boeddhisme is Sidharta Gautama (560-480 v.Chr.), die leefde in het huidige Nepal. Hij kwam tot het inzicht dat leven lijden is, en gekenmerkt wordt door ziekte, ouderdom en dood. Hij ging leven als een asceet, maar dit bracht hem geen geluk. Hij ontdekte dat het lijden veroorzaakt wordt door de begeerte van de mens en zijn vasthouden aan het leven. Gematigdheid werd het toverwoord waardoor de mens zich kan bevrijden en de toestand van gelukzaligheid kan bereiken, het ‘nirwana’.
Het boeddhisme is meer een filosofie en levenshouding en kent bijvoorbeeld ook geen goden.
Islam
De stichter van de islam, Mohammed, werd in het jaar 571 geboren in Mekka. In 610 kreeg hij een goddelijk visioen waarbij de aartsengel Gabriël hem opdroeg de leer van de enige ware god, Allah, te verbreiden. Na de dood van Mohammed in 632 verspreidde de islam zich razend snel. India werd vanaf de 11e eeuw aangevallen door moslims en in 1206 werd het islamitische sultanaat van Delhi gevestigd. Hoogtepunt van de moslimoverheersing in India was het mogolrijk (1526-1857). Door de gewelddadige uitingen van de islam kwam deze religie al snel in botsing met het hindoeïsme.
Sikhisme
De stichter van het sikhisme is de goeroe Nanak (1469-1539). Het sikhisme telt maar één god, Hari, de schepper van hemel en aarde. Priesters zijn er niet en zowel van het hindoeïsme als van de islam zijn zaken overgenomen, zoals reïncarnatie, crematie en karma. De belangrijkste tempel voor de sikhs is de Gouden Tempel in Amritsar. Als reactie op de vervolgingen door de islam richtte men een militaire organisatie op, de Khalsa. Veel sikhs vestigden zich in de deelstaat Punjab en streven op dit moment naar meer autonomie of zelfs zelfstandigheid.
Sikh-mannen noeten in het bezit zijn van vijf ‘kakkars’ of symbolen om ervoor te zorgen dat mannen elkaar gemakkelijk als sikh zouden herkennen:
1.’kesha’ (ongeknipt haar)
2.’kangha’ (ivoren kam)
3.’kachha’ (militaire onderkleding)
4.’kirtipan’ (zwaard, dolk, of afbeelding daarvan)
5.’kara’ (stalen armband)
Mazdeïsme (parsisme)
Een van de oudste nog bestaande godsdiensten ter wereld is het mazdeïsme, genoemd naar de god Ahura Mazda, de schepper van hemel en aarde en God van het Licht. De volgelingen heten parsi’s , oorspronkelijk afkomstig  uit de provincie Pars in Perzië. Het mazdeïsme werd in de 6e eeuw v.Chr. gesticht door de profeet Zarathoestra. Het symbool van Ahura Mazda is het vuur, en Ahriman, Heer van de Duisternis, is zijn eeuwige tegenstander. De mens kan de strijd tussen deze twee rivalen positief beïnvloeden door juiste woorden, denkwijze en daden. De Avesta is de heilige schrift van de parsi’s. De meesten wonen in de omgeveing van Mumbai in gesloten gemeenschappen.
Lamaïsme
De meeste inwoners van Ladakh zijn aanhangers van het lamaïsme; ‘lama’ is de naam van de monniken van deze religie en betekent ‘boven alle dingen staand’. Het lamaïsme is een bijzondere vorm van het boeddhisme die rond 650 in Tibet werd ingevoerd. De hoogste priester is de Dalai lama. Daar zijn er dus twee van. De Panchen Lama die het geestelijk gezag behartigt en de Dalai Lama die de wereldlijke macht over Tibet had. Daar kwam in 1959 een einde aan, toen China Tibet bezette. De Dalai Lama week uit naar India en stichtte daar een regering in ballingschap, terwijl de Panchen Lama in Tibet achterbleef.
De Dalai Lama reist de hele wereld af om de Tibetaanse zaak onder de aandacht te brengen en tot een politieke oplossing te komen. Voor deze vreedzame inspanningen kreeg hij in 1989 de Nobelprijs voor de vrede.

Jainisme
De stichter van het jainisme was Vardhamana, die leefde in de 5e eeuw v.Chr. Het jainisme ontstond als reactie op de verstarring in het hindoeïsme. Ook dit is geen echte godsdienst, maar meer een filosofisch systeem en een gedragscode.
Ziel en materie spelen een belangrijke rol is het leven van een jaina. Materie kan namelijk de ziel binnendringen en daarmee het karma van de mens, en daarmee zijn reïncarnatie beïnvloeden. Het doel van het jainisme is om de ziel te bevrijden van de materie en de heilloze cyclus van wedergeboortes te doorbreken. Wie dat bereikt wordt een ‘kevalin’, een verloste. De zachtaardige jaina’s hebben zeer veel respect voor het leven. Ze zijn uiteraard vegetariër, dragen geen leren voorwerpen en het doden van een levend wezen, zelfs insecten, is volstrekt uit den boze.