Thailand

Bevolking

Thailand heeft zo'n 63 miljoen inwoners, waarvan 80% van de oorspronkelijke Thaise bevolkingsgroep zijn. De overige 20% komt uit de omringende landen. De bevolkingsgroepen leven vreedzaam naast elkaar en gemengde huwelijken komen regelmatig voor. Het merendeel van de bevolking is redelijke welvarend. Niet alleen hierom is Thailand het land van de eeuwige glimlach. Deze komt ook voort uit een ongekende gastvrijheid en respect tegenover vreemdelingen en ouderen. De Thai zijn een trots volk en bogen erop dat Thailand nooit een kolonie is geweest. Thai begroeten elkaar met de 'waai', waarbij de handpalmen tegen elkaar gehouden worden en vingers omhoog wijzen.
De bergvolken van Noord Thailand
Met name de bergvolken in het noorden van Thailand zijn zeer bijzonder. Elk bergvolk heeft een eigen klederdracht en spreekt een eigen taal. Ze zijn in de loop der tijd vanuit China, Tibet en Myanmar naar Thailand verdreven, waar ze nu leven zonder de Thaise nationaliteit te bezitten. Sinds 1976 is het beleid van de Thaise overheid erop gericht hen zoveel mogelijk in de Thaise maatschappij te integreren en hen eventueel het Thais staatsburgerschap te verstrekken. Tijdens een trektocht door het gebied rond de plaatsen Chiang Mai en Chiang Rai kun je verschillende van deze bergvolkeren ontmoeten. Er zijn zeven grotere stammen en enkele kleinere. De belangrijkste stellen we even voor:
De Akha
De Akha hebben hun oorsprong in Tibet en spreken een Burmees-Tibetaanse taal In het midden van de 19e eeuw trokken ze vanuit China naar het noorden van Thailand. Hun dorpen zijn herkenbaar aan de prachtige uit hout gesneden toegangspoorten. Ze hangen vol met bamboesterren hangen om boze geesten buiten de deur te houden. Akha zijn bijgelovig. Hun geloof schrijft precies voor hoe en wanneer bepaalde gebeurtenissen moeten worden uitgevoerd. De Akha zijn een van de armste bergstammen, maar gewaardeerd en bekend vanwege hun fraaie kledingdracht en exotisch voorkomen.
De Karen
De Karen zijn de grootste bergstam van Noord-Thailand. Ze leven in de laagvlaktes en de bergen van de provincies Chiang Mai, Mae Hong Sorn en Chiang Rai. Karen leven in paalwoningen van bamboe. Hieronder scharrelen hun varkens, kippen en buffels. Karen zijn van oorsprong animisten, maar inmiddels is 25% bekeerd tot het Christendom. Het Karenvolk is vredig en behulpzaam en net zoals veel andere bergvolkeren aanbidden ze hun voorvaderen en hebben diep respect voor hun nog levende ouders.
De Padaung
De bekende Padaung ("Long Necks") zijn een sub-stam van de Karen. Zij zijn zeer bekend om het dragen van ringen rond de nek. Tegenwoordig worden vooral kinderen door hun ouders weer gedwongen deze ringen te dragen niet alleen om de traditie in ere te houden maar vooral om de inkomsten uit het toerisme veilig te stellen.
De Hmong
Al zeer lang houdt dit volk zich grotendeels in leven door de verbouw van opium. Onder druk van de Thaise regering probeert men de papaverteelt de rug toe te keren en legt men zich steeds meer toe op de verkoop van hun schitterend naaiwerk. Het zijn ijverige en onafhankelijke mensen, trots op het dragen van hun zilveren versierselen, Ze zijn trouw en toegewijd aan de hemelgeest van wie ze geloven dat deze de schepper is van hun zeer oude levenswijze. Hun shamans gebruiken indrukwekkende ceremonies om met die geesten in contact te komen.