Breien, breien, breien...
"Het gaat langzamer dan ik gedacht had", zegt Chantal tegen Nathalie en Rob. "Er zijn drie mensen weg en we zitten al op de helft." Als drie ouden van dagen keuvelen ze over de Nominaties. Ze zitten in het zonnetje in de Tuin en werken ondertussen aan hun breiwerkjes. Rob: "Ik steek hem er doorheen, sla hem om..." "Je gaat wel hard Rob", complimenteert Nathalie hem. Verzorger Joost brengt hen een zacht kussentje voor de rug.
Keuvelen over kleren
Lieske is de Badkamer aan het schrobben. Joost komt langs en zegt: "Wat een gaaf broekje heb je aan." Dat is Lieskes schoonmaakbroek, legt ze uit. Zit comfortabel en is bewust wit: "Voor als er bleek opkomt." Joost ziet spinnenraggen en met een doekje op een stok haalt hij ze van het plafond. Aan Lieske vraagt hij hoe het bevalt zonder krukken. "Ik moet er nog niet teveel op lopen, maar het gaat goed. Ik kan alweer bijna huppelen." Als Joost even later in de Woonkamer tussen de breiende Bewoners loopt, wijst Ingrid hem op zijn kleding: "Wat je gisteren droeg was veel beter. Felle kleuren halen je gezicht naar voren." Ook Dido heeft haar mening: "Die roze blouse van jou staat je goed." Joost: "Ik heb helemaal geen roze blouse, je bedoelt die van Menno. " Dido: "O ja, Menno's roze blouse, die staat je goed."
“Kannetje water, peukje”
Roel komt uit zijn bed rollen en schuift aan bij de breiende Bewoners. Al snel besluit hij om buiten bij Chantal en Rob te gaan zitten. “Kan ik voor iemand nog wat te drinken regelen?”, vraagt hij als hij zijn breiwerkje naast Rob neerlegt. “Kannetje water, peukje”, reageert Chantal. Roel is snel terug met het gevraagde. “Pas op nou hè, ik ga nog van je houden”, dreigt Chantal.
Roel heeft het 'verkeerd' verstaan
“Roel, Roel!”, roept Dido. Roel komt naar binnen en vraag: “Wattuh?” ”Of je effe wilt breien”, gaat Dido verder. ”Wat, vrijen?”, vraagt Roel. Dido lijkt het niet gehoord te hebben en gaat onverstoorbaar verder: ”Ja, heb je een minuutje?” “Zeg, ik ben net wakker, ga je nu alweer beginnen?”, grapt Roel.
"Nog maar 23"
De Bewoners vervolgen hun Weekopdracht, maar niet van harte. Roel vindt het stom dat hun creativiteit niet gewaardeerd wordt, maar dat Big Brother wil dat ze precies werken zoals de instructie voorschrijft. Tanja kan er wel om lachen. Zij zei gisteren al dat de werkwijze niet goed was, maar niemand wilde ernaar luisteren. "Ach, nog 23 dekentjes te gaan en het is nog maar maandag. Dat redden we makkelijk", denkt Menno. "We hebben maar acht procent van de productie gedaan, terwijl er al 20% van de tijd verstreken is. Er klopt iets niet", aldus Roel, die de opdracht iets somberder inziet.
Het is nog te halen
"Is Joost soms een vrijwillige Exit gaan aanvragen?", vraagt Chantal zich af. "Ja, of hij zit gewoon erg lang op de wc", zegt Ingrid. Joost komt daarna de kamer binnen, het blijkt dat hij in de Dagboekkamer zat. Hij heeft een heel verhelderend gesprek gehad. Het is inderdaad zo dat ze losse lapjes moeten breien, om deze later aan elkaar te naaien. "Als we de volgende keer weer een opdracht krijgen, moeten wie die allemaal bespreken en dan als er vragen zijn, mag er één iemand naar de Dagboekkamer gaan om meer toelichting te vragen."
Dat is dus duidelijk. De opdracht is nog te halen, daar zijn alle Bewoners het over eens.
Over de opdrachten
Chantal vindt het krom dat Big Brother hen commentaar gaf over het volbrengen van de opdracht. "Dat is net zoiets als wanneer ze zeggen: 'Hier heb je vijftig bollen wol, maak er maar wat van'. En als je klaar bent dat ze je dan vertellen dat alles grijs had moeten zijn. Eerst vond ik het een leuke opdracht, maar nu niet meer."
Joost: "Ik vond dat we de opdracht vorige keer goed hebben gedaan, met die stip." Blijkbaar is hij het er niet mee eens dat die opdracht toch mislukt was. Dido: "Nee, die was echt niet goed Joost." Joost: "Zeven mensen zijn het met me eens hoor." Nathalie: "Van te voren hebben we niet met z'n allen gezeten." Joost: "Deze keer wel." Roel: "Ja, om de tien minuten rekenen we zelfs uit hoe we het moeten doen. De snelste doet er een uur over, de andere anderhalf uur." Joost vult daarbij droog aan: "En ik twee dagen."
Even wat anders
Joost, Menno en Rob zitten aan de lunch. “Ga jij wat met je kinderen doen als je eruit bent, Rob?”, vraagt Menno. Dat gaat Rob zeker: “Ik laat aan hen over wat ze willen, maar ik heb ze absoluut gemist. Misschien gaan we een weekendje weg ofzo. Ze sporten veel, dus het moet uitkomen.” Het is een korte onderbreking van het praten over breien, rantsoenen en opdrachten. Een heel korte onderbreking.