JA- De sportvisser belandde in (het) water
- De visser was alleen
- De visser was in zee aan het vissen
- De visser schrok ontzettend!
- Hij schrok van een "niet-organisme". (Vind dit een lastige term overigens)
- Hij schrok inderdaad van iets wat om zich heen gebeurde...
- Hij had last van de opkomende vloed
- De visser is verdronken
- De man was een dutje gaan doen
- De man zat vast (hij kon geen kant meer op)
- De man sliep ergens onder
NEE- De sportvisser had geen wedstrijd
- De visser had niet beet (niet relevant voor dit verhaal)
- De visser was op "het" moment niet (meer) aan het vissen
- De visser zat niet in een boot toen hij "te water raakte"
- De visser is niet gestruikeld
- De visser was niet op weg naar huis
- De visser was niet aan het zwemmem
- De visser is niet gaan plassen
- De visser werd niet aangevallen
- Hij schrok niet van een mens of dier
- Hij schrok niet van het weer
- Een weersomslag was niet de reden dat hij iets anders ging doen (het weer veranderde niet)
- De man sprong niet van schrik in het water
- De visser is niet meegesleurd door de stroming
- De man ging niet slapen in een grot
- De man sliep niet onder zijn omgekeerde boot
- De man sliep niet onder een zeil of net
- De man had zich niet ingegraven in het zand
- De man was niet ingegraven door zijn kinderen
- De man lag niet te slapen in een tent die niet meer open gingDe man zat helemaal klem tussen het strand en datgene waar hij onder was gaan liggen... hij kon zich niet meer bevrijden...
Hij verdronk door de opgekomen vloed...