Deel 2
Bij de rivier heeft PjOtter net zijn hengel uitgeworpen, op jacht naar zijn eerste visje. Hij schrikt zich een hoedje als LdHaas plotseling uit het struikgewas komt stuiven.
“Hola, LdHaas!”, roept PjOtter. “Wat brengt jou hier zo vroeg?”
“Het is. De Mol.”, hijgt LdHaas. “Is Los. En Eekhjorrn. Wilde niet luisteren. En...”
“Ho, jongen, rustig aan!” PjOtter klopt zijn vriend sussend op de kop. “Niet zo snel. Even diep ademhalen. Goed zo. Nou, en nu nog een keer vanaf het begin. Wat is er precies aan de hand?”
LdHaas probeert het nog een keer. “Het is de Mo...”
Beide dieren kijken op als er een wolk voor de zon schuift. Alleen is deze wolk wel erg dichtbij. En, bij nader inzien, wel erg harig.
“Verberg je!”, gilt LdHaas. Hij duikt een bosje in en drukt zich plat tegen de grond. Als hij omkijkt, ziet hij PjOtter nog steeds aan de oever van de rivier staan. Met open mond kijkt zijn vriend naar iets wat zich boven hem bevindt. Het volgende moment is hij weg. Een klauw, vele malen groter dan een klauw zou mogen zijn, heeft hem van de aardbodem weggevaagd. Van ergens boven zich hoort LdHaas hem nog angstig protesteren, gevolgd door een gekraak alsof er een boom omvalt. Dan is het stil.
Voorzichtig tilt LdHaas zijn kop op en kijkt om zich heen. Er plonst iets in het water. Het is de hengel van PjOtter. Slechts zijn voorpoot zit er nog aan vast.
LdHaas sluit zijn ogen, drukt zich plat en houdt zich zo stil als zijn trillende lijf hem toestaat.
Op een zonovergoten takje niet ver van de rivier zitten NeksterGP en Sijs-Fan te fluiten naar voorbijkomend vrouwelijk wild. Plotseling schiet een donkerbruine schicht de hoek om.
“Hee, daar heb je LdHaas!”, tjilpt NeksterGP.
“Die heeft de gang er goed in zitten.”, twittert Sijs-Fan.
“Hallo, LdHaas,”, roept NeksterGP, “waar ga jij zo rap naartoe?”
LdHaas stopt en kijkt verschrikt omhoog. “Het is de Mol! De Mol van Manchester! Hij is vlakbij! Vlieg weg, nu het nog kan!”
Schaterend klappert NeksterGP met zijn vleugels. “De Mol van Manchester? LdHaas, wat heb je je nu weer in je hoofd gehaald?”
“Het is niet om te lachen!”, roept LdHaas boos. “Het is echt waar! Hij heeft Molbergmarmot, JPVos en Eekhjorrn al te pakken. En PjOtter is er ook aan.”
“Maar LdHaas,”, roept Sijs-Fan, een twinkeling in zijn kraaloogjes, “dan ben jij toch de aangewezen persoon om ons te redden? Waarom trommel je je hazenleger niet op?”
NeksterGP heeft het niet meer en klampt zich krampachtig aan Sijs-Fan vast. Het is alles wat hij kan doen om te zorgen dat hij niet achterover van zijn takje kukelt.
“Het is geen grap!”, roept LdHaas wanhopig. “Geloof me nou en maak dat je wegkomt! Ik moet verder.” En weg is LdHaas.
De twee vrienden kijken hem na.
“Al dat gehol kost die jongen nog een keer de kop.”, peinst Sijs-Fan.
Achter hen kraakt een tak. Verbaasd draaien beide vogels zich om, maar nog voor ze hebben kunnen zien wie hen zo stilletjes heeft weten te besluipen, wordt de lucht uit hun longen geslagen.
Aangekomen op een kruising komt LdHaas tot stilstand. Als hij naar links gaat, komt hij bij het hol van Wilde Katshee. Rechtsaf leidt naar de oude eik waar de wijze Sjoehoeter woont. Gaat hij rechtdoor, dan komt hij bij de mierenhoop waar LukieMier zijn huisje heeft. Wie moet hij als eerste waarschuwen?
Plotseling wordt hij overmand door een gevoel van moedeloosheid. Wat heeft het eigenlijk voor zin? Ze geloven hem toch niet. En zelfs als ze dat wel doen, wie is er dan in staat de Mol te stoppen? Vlak naast het pad staat een rododendron in bloei. LdHaas kruipt eronder en sluit zijn ogen. Een hazenslaapje zal hem goed doen.
-------------------------------------
Hoe loopt dit af? Lukt het LdHaas om de overige bosbewoners nog op tijd te waarschuwen? En weten ze een manier te vinden om de Mol te stoppen? Binnenkort meer in De Mol van Manchester – The Sequel!